‘s Herenbos Oostmalle, een oase aan rust
Mooie wandeling in het ‘s Herenbos in Oostmalle, een 140 hectare groot bosreservaat van de Vlaamse overheid waar het zeer rustig vertoeven is.
Tot voor enkele jaren was het ontoegankelijk voor het publiek maar gelukkig is dit veranderd en kan men nu bepaalde gemarkeerde delen van het bos ongestoord ontdekken. Afwijken van de vaste routes is enkel toegelaten onder leiding van een gids.
Domein de Renesse en domeinbos Wolfschot
Als je met de wagen komt kan je gratis parkeren langs de Lierselei (N14), vlak bij de ingang van het kasteelpark de Renesse (127 ha). Een bezoekje aan het kasteel kan op het laatste stuk van de wandeling.
Eerst loop je een klein stukje door het domein de Renesse. Aan het voetbalveld van Oostmalle sla je vervolgens linksaf om dan via de botanische dreef in het domeinbos Wolfschot (31 ha) terecht te komen.
Onderstaande foto’s tonen beelden uit de zomer- èn winterperiode.
Na ongeveer 1,3 km steek je de drukke Lierselei over en zie je de grote stalen poort die toegang verschaft tot het ‘s Herenbos.
‘s Herenbos geeft voorrang aan inheemse boomsoorten
Het is de intentie van de overheid om het ‘s Herenbos in Oostmalle zo natuurlijk mogelijk te maken door uitheemse bomen zoals de Amerikaanse eik, de Japanse Lork en andere overwoekerende soorten te verwijderen. Deze zijn immers zo overheersend dat ze de inheemse soorten bedreigen.
De natuurliefhebber komt omwille van de vele oases aan rust uitgebreid aan z’n trekken. Bomen die er zich goed voelen zijn ondermeer de zomereik, berk, grove den en elzen.
De open plekken worden dan weer gedomineerd door heide en grassen.
Beperkt toegankelijk bosreservaat
Omwille van de waardevolle inheemse flora en fauna in het ‘s Herenbos werd het grootste deel ervan omgevormd tot bosreservaat waar de toegang voor het publiek verboden is. Gelukkig zijn er nog voldoende idyllische plekjes om volop te genieten van de rust en de natuur.
Wandelingen in het reservaat zijn wel mogelijk onder begeleiding van een officiële gids.
Metalen poort in natuurgebied
Nog eens twee kilometer verder verlaat je het bos en sla je rechtsaf op de onverharde Salphensebaan die je ongeveer één kilometer volgt, parallel langs een fietspad en langs uitgestrekte weiden en velden.
Ongeveer halverwege kom je aan je rechterzijde een grote smeedijzeren poort tegen. Veel wandelaars en fietsers zijn deze poort al gepasseerd zonder te beseffen waar ze vandaan komt. Ze leidt ogenschijnlijk nergens naartoe en het is bovendien verboden om het gebied erachter te betreden.
De smeedijzeren poort is origineel afkomstig van het Olympisch stadion van Beerschot, toen nog aangeduid met de letters ‘RACB’ (Royal Atletic Club Beerschot), en zou ergens in de jaren ’70 naar hier zijn verhuisd in opdracht van de toenmalige graaf Thierry de Renesse Breidbach die gehuwd was met Claire Van Gaver.
De letters op de poort werden hervormd tot ‘RBVG’ (Renesse Breidbach Van Gaver).
Het gebied en de poort zijn nu eigendom van het Vlaams Agentschap Natuur en Bos.
Thierry de Renesse was ook degene die het ‘s Herenbos voor WOII omtoverde tot een soort lusttuin voor de adel. Na zijn dood raakte de tuin in verval en werd door de natuur heroverd.
Sint-Antoniuskapel van Salphen (1626)
De onverharde Salphensebaan gaat ter hoogte van de Spuydreef over in Salphen, een asfaltweg. Je wandelt langs typische boerderijen met mooie landelijke uitzichten. Ondanks de asfaltweg is het erg rustig wandelen. Vlak na een bocht naar rechts kom je de Sint-Antoniuskapel tegen, intussen een beschermd monument met een nogal dramatisch historisch verhaal.
Opgericht tijdens pestepidemie
In het begin van de 17e eeuw werd de streek geteisterd door een pestepidemie. Volgens de legende weken een 60-tal besmette inwoners uit Oostmalle uit naar het heidegebied op Zalfen.
Een zekere Adriaan Mattheeusen verloor meerdere kinderen aan de pest en werd verplicht ze in de heide te begraven. Ter nagedachtenis richtte hij in 1626 deze kapel op.
Later werd de kapel gebruikt voor lijkdiensten en werden overledenen op het nabije kerkhof begraven.
Toen het monument meer en meer door bedevaarders werd bezocht, werd het in 1726 vergroot tot zijn huidige vorm.
Een hapje en een drankje in de gezellige bierpub Surcele
Vanaf de Sint-Antoniuskapel wandel je verder langs Salphen en kom je via de Maalstraat weer op de N14 uit. Volg de N14 een kleine 200 meter naar rechts en aan de overzijde zie je de zeer gezellige, als chalet ingerichte, ‘Surcele Oaked Pub‘ liggen. Het is een welkome afwisseling tijdens de wandeling. Voor de bierliefhebbers is er een uitgebreide keuze aan interessante bieren, waarvan 8 op tap.
Kasteeldomein de Renesse
Enkele tientallen meters voorbij de pub sla je linksaf en wandel je ongeveer drie kilometer verder tot je weer in het kasteeldomein de Renesse belandt. Hier treffen we tot onze verbazing (februari) een volop bloeiende Gele Kornoelje aan.
De geschiedenis van dit statige kasteel gaat terug tot de 15e eeuw toen het als burcht gebouwd werd door Willem van Berchem. Het werd in 1542 verwoest door een legeraanvoerder Maarten van Rossum, maar enkele jaren later werd het herbouwd door Jan van Renesse.
Het kasteel kreeg een aantal beroemde gasten over de vloer zoals Keizer Karel, Margaretha van Parma en Willem Van Oranje, maar raakte in de eeuwen daarop in verval. De familie de Renesse verdween even uit het kasteel waarna het verkocht werd aan burggraaf Leonard du Bus de Gisignies. Deze besloot het opnieuw in te richten in neoklassieke stijl en is ook verantwoordelijk voor de aanleg van de mooie Engelse tuin, vijvers en de aanplanting van o.a. mammoetbomen of Sequoia’s.
Door allerlei omstandigheden, te veel om hier op te noemen, kwam het domein in 1896 dan toch weer opnieuw in handen van de familie de Renesse en werd het in 1920 opnieuw gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwe rechtervleugel.
Thierry de Renesse is de laatste ‘verbouwer’ geweest en de bezieler van de Franse ‘lusttuin’ centraal in het bos.
In 1941 werd een deel van het domein gebombardeerd door de Britten. Hierbij werd de linkervleugel vernield.
Alsof dat niet genoeg was kreeg het park in 1967 ook nog eens een tornado te verduren waarbij ook aanzienlijke schade aangericht werd in het bos.
Sinds 1982 is het kasteel een beschermd monument. Het werd even later samen met een gedeelte van het domein aangekocht door de gemeente Malle. De rest van het gebied werd eigendom van het Vlaams Gewest.
In 1985 werd een vzw opgericht onder de naam ‘Domein de Renesse’. Deze is nu verantwoordelijk voor het beheer van de locatie. Tot nu zijn er al meerdere renovatiefases voltooid.
Sinds 1970 is het kasteel vrijwel onbewoond. De Engelse tuin is een bezoek zeker waard.
Je kan gerust rond het kasteel en de vijvers wandelen.
Op de terugweg kom je nog een ijskelder tegen die gebouwd werd in 1835, met op de heuvel een prieeltje. In de kelder werd ijs bewaard dat gedurende de winter verzameld werd uit de bevroren vijvers. De ijskelder wordt nu bewoond door een kolonie vleermuizen. Ook deze kelder is sinds 2003 een beschermd monument.
Meer uit Europa…
Karhunkierros (Bear’s Trail) in 7 dagen: Hautajärvi – Oulanka Research Station (2/3)
Hoogtepunten in en rond het natuurdomein Hoge Mouw
Roadtrip Schotland: Newcastle-Edinburgh
Roadtrip Schotland: Lost Valley (Coire Gabhail) wandeling
De valleien van de Ninglinspo en de Chefna
Kerstsfeer in Reims en de Champagnestreek