Phu en Nar trek: Nar tot Ngawal via Kang La
De negende en tiende etappes brengen ons tot aan de voet van de zware Kang La pas waar we eerst een nachtje acclimatiseren in onze tenten op 4.630 m hoogte. Vroeg in de ochtend volgt de oversteek van de pas en belanden we uiteindelijk in het schilderachtige dorpje Ngawal.
Dag 9 : Nar – Kang La Phedi
We slapen uit tot 7 uur. De temperatuur in de tent bedraagt -2° C. Buiten is het -8° onder een stralend zonnetje en we staan weer met open mond te staren naar het indrukwekkende witte landschap rondom ons.
Er rest ons nog wat tijd vooraleer we vertrekken en die vullen we in met een prachtige ochtendwandeling door Nar. De vroege ochtend en de late namiddag zijn omwille van de lage zon natuurlijk de ideale momenten om je fototoestel boven te halen. Je geraakt niet uitgekeken op dit prachtige kleurrijke dorpje. De vele kleuren van de huisjes en de talrijke gebedsvlaggen steken fel af tegen de diepblauwe lucht.
Er heerst een aangename, rustige sfeer in het dorp. De inwoners zijn vriendelijk maar toch wat gereserveerd ten opzichte van vreemdelingen. Net zoals in Phu fotografeer je hier best met de nodige discretie.
Omstreeks 9.30 uur vertrekken we naar Kang La Phedi. De groep Italianen bevindt zich ruim voor ons.
Het wordt meteen zweten en zwoegen want er moet in een drietal uurtjes een hoogteverschil van 450 m overwonnen worden.
Een groot stuk van de tocht loopt dwars over hellingen. Dit maakt het stappen extra moeilijk omdat je voortdurend met gekantelde voeten loopt.
De enkels krijgen het hierdoor zwaar te verduren. Het afzien wordt zoals zo vaak in Nepal gelukkig beloond met fenomenale uitzichten. In dit geval domineert de Pisang peak tegen een diepblauwe lucht.
Kang La Phedi (4.630 m)
Op de Kang La Phedi is slechts één ommuurde kampplaats met een hutje. Helaas blijkt de ganse plek reeds ingenomen door de Italianen. De ijle lucht laat zich hier goed voelen. We bevinden ons dan ook op 4.630 m hoogte op een open vlakte waar de ijskoude wind steeds van de partij is. Het ademen verloopt veel moeizamer en elke inspanning is te veel, maar ondanks dat voelen we ons nog altijd tip top in orde.
Nawang en zijn team gaan meteen op zoek naar een geschikte plek om de tenten op zetten, een zeer ondankbare taak op dit ruige, besneeuwde terrein. Ook de keuken- en de toilettent moeten hier uitgepakt worden. Er is vrijwel geen enkel horizontaal stukje grond te vinden zodat de tenten flink tegen onze zin scheef moeten opgezet worden. Bovendien staan we helemaal onbeschut in de open vlakte en steekt er in de namiddag een hevige en ijskoude wind op. Op de koop toe krijgen we een lading korrelsneeuw op ons dak en vriezen bij -10° de stenen uit de grond.
Warm blijven is de boodschap
Van zodra het begint donker te worden blijft er slechts één ding over om te doen … meteen de slaapzak in om warm te blijven. Een uurtje later is het eten klaar en worden we naar de eettent geroepen. Ingepakt als eskimo’s ploffen we uitgeput en stijf van de kou neer op het tentzeil. Het is pikkedonker en dus hebben we alle drie onze hoofdlampjes in gebruik. De hete soep in de metalen kommen komt als geroepen. Met de handschoenen nog aan kunnen we zo alvast onze verkleumde vingers weer op temperatuur brengen.
Het is zonder meer de koudste avond die we tot nog toe meemaakten. De keukenploeg levert alweer grandioos werk af met een energierijke diner. Het is ons een raadsel hoe die jonge knapen zich voor een stel verwende toeristen elke dag opnieuw onvermoeibaar en keihard uit de naad kunnen werken, op blote voeten en in versleten teenslippers nota bene. Ze maken gebruik van de hut op de kampeerplek om de maaltijden klaar te maken en moeten dus telkens met alle potten en pannen de ganse afstand van de kookhut naar de eettent en terug afleggen, toch een dikke 100 m over sneeuw en ijs. Er is er niet één die klaagt over de kou, uitgezonderd wij zelf natuurlijk. Hoedje af voor die mannen!
Morgen moeten we de Kang La over (+ 5.200 m) dus wordt het tijd om de noodzakelijke extra kledij opzij te leggen (donsjas, thermisch ondergoed, twee lagen handschoenen, sneeuwbeschermers, …). Het vertrek is gepland om 6 uur dus zullen we reeds om 5 uur uit de veren moeten. Er zal voor lunchpaketten gezorgd worden.
Zware nacht voor de oversteek
De nacht die nu volgt wordt één van de slechtste ooit… niet omdat ik last heb van de hoogte of de kou maar wel omwille van de scheve tent. Mijn hoofd ligt hoger dan mijn voeten en bij de minste beweging schuift de slaapzak over de gladde isolatiemat naar beneden. Mijn voeten belanden zo telkens opnieuw tegen het koude en vochtige tentzeil. Het is vreselijk irritant en na eindeloos gewoel vind ik er uiteindelijk niets beters op dan mijn rugzak en alle andere objecten in de tent tussen het uiteinde van de slaapzak en het tentzeil te moffelen om toch
een beetje stabiliteit te vinden. Het is ver voorbij middernacht voor ik eindelijk in slaap sukkel.
In één ruk van Nar naar Ngawal ?
Het is theoretisch niet onmogelijk om vanuit Nar in één ruk via de Kang La door te trekken naar Ngawal. De verleiding kan groot zijn omdat je van Nar naar Kang La Phedi amper drie uurtjes nodig hebt. Na nog eens drie uurtjes stevig klimmen sta je op het hoogste punt van de pas. Daarna volgt een loodzware en zeer lange afdaling van meer dan 1000 meter tot Ngawal. Hierdoor spaar je een dag uit.
Trekkers met een meer dan goede fysieke conditie kunnen dit overwegen maar omwille van de stevige klim en de niet te onderschatten hoogteverschillen is dit geenszins aan te raden. Het vereist in elk geval een uitstekende acclimatisatie en veel energie en wilskracht. De knieën krijgen het bij het afdalen zeer zwaar te verduren. Bij de minste twijfel begin je er dus best niet aan. Een nachtje rusten voor de klim naar de Kang La maakt een groot verschil. Wil je het toch doen, bereid je dan goed voor op een zeer lange en uitputtende dag.
Routegegevens
Hoogteprofiel (Garmin GPSmap)
Dag 10 : Kang La Phedi – Kang La – Ngawal
Om 5 uur worden we gewekt. Ik voel me niet bepaald als een vis in het water want ik heb de ganse nacht bijna geen oog dichtgedaan. De tent staat zo scheef dat enkel mijn achterwerk de isolatiemat nog raakt terwijl bovenlichaam, benen en voeten rechtstreeks op het tentzeil liggen. Ik ben ondanks m’n thermisch ondergoed doordrongen van de kou en voel me alsof ik een marathon heb gelopen… stram en stijf. Een donzen slaapzak mag nog zo warm zijn, maar als je niet op een isolerende ondergrond ligt verlies je een groot deel van de warmte via de ondergrond. De scheve positie van de tent en het daardoor voortdurend verschuiven van de slaapzak en de isolatiemat hebben me de das omgedaan.
Bovendien werden we rond 3u30 al enkele keren gewekt door het lawaai en het roepen van de dragers van het Italiaanse team verderop. Nawang roept ons toe om snel voort te maken met het inpakken. Hij wil zo snel mogelijk vertrekken omdat ‘s morgens vroeg de sneeuw nog bevroren ligt en de paden daardoor veel beter begaanbaar zijn.
Het valt niet mee om in de ijzige kou en in het pikkedonker half versuft de slaapzak te openen. Ik zet m’n verstand op nul, bijt op m’n tanden, grijp de hoofdlamp en zoek meteen de nodige kledij bij elkaar. In amper twee minuten ben ik aangekleed en trek ik de schoenen aan. Het lijkt wel een ochtenddrill in het leger. De temperatuur in de tent bedraagt -2°C en buiten is het nog steeds -10°. Het is een goed idee om kousen en handschoenen tijdens de nacht in de slaapzak te houden. Zo zorgen ze bij het opstaan meteen voor een beetje warmte.
Kang La
De lunchpaketten zijn al klaar en we verorberen nog bliksemsnel een ontbijtje met hete chocomelk. Zo kunnen we met de broodnodige energie vertrekken. Het is nog altijd donker als we de eerste stappen zetten.
Ik ben blij met m’n wandelstokken want meteen wordt duidelijk dat het een zware en steile klim zal worden over een dik pak bevroren sneeuw. We moeten 600 meter omhoog. We hebben veel geluk dat de route zelf nog een beetje zichtbaar is want enkelen gingen ons al voor (vermoedelijk het Franse team een dag of twee voor ons). Hun voetstappen in de platgedrukte sneeuw zijn nog zichtbaar en daar maken we dankbaar gebruik van. Veel heeft het niet gescheeld want als er vannacht veel verse sneeuw zou bijgevallen zijn, zou het pad onzichtbaar en veel te gevaarlijk zijn en hadden we kunnen terugkeren naar Koto om via het Annapurna Circuit verder te trekken. We hebben voorlopig het geluk dus aan onze kant.
De diepe sneeuw zuigt alle energie uit je lichaam
In het begin zwoegen we er ons relatief goed doorheen. Maar van zodra de zon zich laat zien begint de toplaag van de sneeuw te smelten en zakken we voortdurend weg tot aan de knieën. Op een hoogte van 5.000 meter zuigt dit alle energie uit je lichaam weg. Doordat je voortdurend geconcentreerd moet blijven op je balans en je telkens opnieuw weer flink moet herpakken nadat je door de sneeuw bent gezakt duurt het niet lang voor je ‘automatische piloot’ het overneemt. Je hebt geen tijd en energie om uitgebreid van het prachtige landschap te genieten en fotootjes te nemen. En dit ondanks het prachtige en heldere weer. Hier komen wandelstokken zeer goed van pas. Ze bieden je veel meer zekerheid en evenwicht.
Ook moet je rekening houden met het aanzienlijk aantal ‘valse’ toppen die je de indruk geven dat je er bijna bent, terwijl je in feite nog maar halverwege bent. De ‘automatische-piloot-modus’ samen met de teleurstelling, verveling, uitputting en pijn maken de beklimming door de sneeuw loodzwaar. Als de pas in zicht komt is ook het Italiaanse team ons dicht genaderd. We worden ingehaald door hun dragers die in opvallende rode pakken gekleed zijn. Hoe zij met hun zware lasten zo snel vooruit raken is en blijft voor ons een raadsel. Ik slaag er niet in om meer dan tien passen na elkaar te zetten zonder eerst even uit te rusten, zuchtend en leunend op m’n stokken.
Eindelijk… de top !
De sneeuw zorgt er voor dat de tocht met een uur verlengd wordt. Pas vier uur na vertrek bereiken we om 10 uur uitgeput maar met een grote smile op ons gezicht het hoogste punt (5.315 m). De smile is echter van korte duur want wat een visueel hoogtepunt had moeten worden blijkt een grote teleurstelling. De Kang La pas biedt in normale omstandigheden een spectaculair uitzicht op de ganse Annapurna range, door sommigen omschreven als één van de mooiste uitkijkpunten in de Himalaya. In tegenstelling tot de vorige dagen komt de zware bewolking aan de andere zijde nu al roet in het eten gooien. Er is geen enkele top zichtbaar. Alle pieken zitten verborgen in een dik pak nevel en wolken.
De ongemeen felle en ijskoude winden op de pas maken dat we het hier niet langer dan enkele minuten uithouden. De assistent gids wacht ons al op met een grijns op zijn gezicht… We moeten ons klaarmaken voor de steile afdaling waarvan de eerste 200 meter met een touw dat hij reeds in de grond verankerd heeft. Met het verstand alweer op nul hou ik me met twee handen vast en laat me afglijden. De afdaling ziet er akelig steil uit maar het valt beter mee dan verwacht. We komen van het ene uiterste in het andere terecht.
De afdaling blijkt bijna even zwaar
Het zware klimmen is nu wel voorbij maar nu wacht ons een zeer lange en steile afdaling van drie uur. Meer dan 1.700 meter moeten we naar beneden over een met sneeuw en losse keien bedekte helling (morene). Aan deze kant van de pas is de sneeuw echter een voordeel want deze zorgt voor extra stabiliteit op de massa’s losse stenen. Door de hielen stevig in de sneeuw te hakken geraak je relatief snel vooruit en is er veel minder gevaar dat je door wegrollende stenen ten val komt.
Zonder de sneeuw lijkt me deze afdaling een zeer onstabiele en gevaarlijke activiteit. De knieën krijgen het hier bijzonder zwaar te verduren. Het duurt niet lang voor de eerste steken zich bij mij aanmelden en ik bij elke stap op de tanden moet bijten. Vooral de lengte van de afdaling maakt deze tocht extra zwaar. Drie uur lang moeten de knieën het gewicht van lichaam en rugzak opvangen. Hier en daar worden we geconfronteerd met riskante passages als we rakelings langs afgronden moeten vorderen over verraderlijk, smeltend ijs. Het is duidelijk dat deze tocht niet geschikt is voor onervaren wandelaars.
Ngawal : terug in de bewoonde wereld
Omstreeks 14u15 wandelen we triomfantelijk het prachtige en rustige dorpje Ngawal binnen. Het ligt vrij dicht bij het druk bewandelde Annapurna Circuit maar wordt toch relatief weinig door buitenlanders bezocht. We verkiezen een beetje uit te rusten in een eenvoudige maar propere lodge, Hotel Peace full genaamd.
Er is 24 uur warm water ter beschikking in een ijskoude betonnen ruimte die als “douche” moet dienen. Het water loopt als een bescheiden straaltje uit een simpel kraantje maar het is warm. Ik maak er dankbaar gebruik van na een week zonder wasmogelijkheden. Het is een beetje behelpen want er is niets voorzien om je kleren aan te hangen. Eenmaal afgespoeld en de kraan dichtgedraaid slaat de ijzige kou meteen toe zodat je je al klappertandend bliksemsnel moet afdrogen en aankleden. Maar het voelt zalig aan om verfrist de mooie en gezellige eetruimte binnen te komen. Dubbele kamers kosten 200 Rp. Er is geen verwarming en het beddengoed is onvoldoende dus de slaapzak moet bovengehaald worden om je goed warm te houden.
Slecht nieuws
In de namiddag begint het zwaar te sneeuwen. We hebben veel geluk dat we de Kang La zijn over zijn geraakt want deze sneeuwval maakt het pad onzichtbaar en zeer gevaarlijk.
Nawang deelt ons mee dat de Mesokanto pas met dit weer veel te gevaarlijk zal zijn. Bovendien is deze nog hoger en steiler dan de Kang La. Ook een uitstap naar Tilicho Lake zou volgens Nawang een hachelijke onderneming kunnen worden. Deze regio wordt bij slecht weer immers vaak geteisterd door landverschuivingen en vallende stenen. Hij adviseert ons om ook Tilicho Lake te laten vallen en dat stemt ons niet optimistisch want dit zou één van de toppers van onze reis moeten worden. We bespreken de mogelijke alternatieven maar er rest ons in feite enkel nog de route op te pikken op het Annapurna Circuit in Manang en via de Thorung La verder te trekken.
Dit is een tegenvaller van formaat want dat is nu net hetgeen we koste wat kost wilden vermijden. Onze veiligheid gaat echter voor alles dus we moeten ons bij dit advies neerleggen. Nawang stippelt voor ons een nieuwe route uit zodat we op 16 april zoals gepland in Pokhara zullen arriveren. We hebben zeer veel geluk dat GST ons Nawang als gids meestuurde. Het is een zeer vriendelijke, bescheiden en zéér ervaren berggids met als specialiteit expedities naar toppen als Everest, Ama Dablang, enz… Gelukkig vallen maart en april buiten het expeditieseizoen en was hij beschikbaar. Hij kent vrijwel alle trekkingroutes als zijn binnenzak en stippelt dus probleemloos een nieuwe route uit voor ons. De dragers en de keukenploeg zullen gelukkig zijn als ze te horen krijgen dat Mesokanto en Tilicho Lake wegvallen.
Meer uit Azië…
4×4 roadtrip Tibet : Shigatse en omgeving
Bizarre begrafenisrituelen in Tana Toraja
4×4 roadtrip Tibet : Nam Tso, het hemelse meer
Trekking in de verborgen valleien van Phu en Nar
Op zoek naar het zen-gevoel in het oude Tongli
Phu en Nar trek: Ranipauwa tot Kagbeni