Phu en Nar trek: Dharapani tot Meta
In het charmante dorpje Koto wijken we eindelijk af van het Annapurna Circuit en trekken we pal noordwaarts richting geïsoleerde Phu en Nar valleien. In dit verslag lees je alles over de derde en vierde etappes van Dharapani naar Koto en van Koto naar Meta.
Dag 3 : Dharapani – Koto
De meeste ochtendrituelen tijdens een trekking zien er bijna hetzelfde uit. Om 6u00 komt de ‘wekdienst’ langs met een kommetje warm water om je te wassen. Vervolgens wordt je verwend met een heerlijk tasje koffie of thee. Je krijgt dan voldoende tijd om je tent leeg te maken en de bagage voor de dag klaar te maken. Omstreeks 7u00 staat de tafel gedekt voor het ontbijt en een half uurtje later ben je weer aan het stappen.
We krijgen weer een stralend zonnetje te zien als we het rotsig en trapachtig pad opstappen. In de buurt van het dorpje Thonje kruist de Marsyangdi de Dudh Khola die van de Larkya La (Manaslu Conservation Area) komt. De kruising van rivieren wordt door de Nepalezen als een heilige plaats beschouwd.
In de buurt van Bagarchhap (2.120 m) volgen we het pad langs prachtige, gigantische rododendrons die in deze periode van het jaar volop bloeien. Van hieruit krijgen we mooie uitzichten op de Annapurna’s en op stukken van de Lamjung Himal.
Bagarchhap na de landverschuiving
Het kleine dorpje Bagarchhap met amper een paar honderd inwoners werd in 1995 bijna van de kaart geveegd door een enorme landverschuiving waarbij 11 dorpelingen en 9 trekkers om het leven kwamen. We nemen een vroege lunch omstreeks 10u30 en kunnen wat langer uitrusten vermits onze eindbestemming Koto niet veel verder meer is.
De laatste etappe voor vandaag voert ons via Danakyu en Timang doorheen mooie naaldwouden met hier en daar spectaculaire uitzichten op de besneeuwde Himalayapieken, zoals de Manaslu en de Ngadi Chuli. Af en toe worden we op ons pad geconfronteerd met een karavaan ezels waarbij extra voorzichtigheid in acht moet genomen worden. De gids waarschuwt ons duidelijk om altijd uit de weg gaan langs de kant van de bergwand en nooit de kant van de afgrond te kiezen. De reden ligt natuurlijk voor hand… zo’n volgeladen ezel durft nogal eens van het pad af te wijken en je een duw te geven.
Aankomst in Koto
We arriveren rond 15 uur in Koto (2.640 m) waar we onze tenten opslaan op een rustig graspleintje achter een lodge.
Het dorpje is een populaire plek om nog wat inkopen te doen omdat de route hier splitst aan de politie checkpost. Westwaarts wandel je verder naar Chame (Annapurna Circuit) en noordwaarts leidt het pad verder naar de geïsoleerde Phu en Nar valleien. De politie controleert in elk geval of je voor deze laatste route wel over een geldige permit beschikt. Nawang, onze gids, draagt gedurende de ganse trekking alle vereiste documenten bij zich en regelt alle formaliteiten. Onze aanwezigheid is tijdens die controle overigens nooit vereist. Vlak bij de politiepost ligt een gompa, maar je moet vroeg uit de veren als je een bezoekje wil brengen aan de zingende en biddende monniken.
We krijgen de mogelijkheid om gebruik te maken van de toiletten en douche van de lodge. Douchen kost 100 Rp per keer. Het is allemaal zeer basic maar het water is warm genoeg om het uit te houden. De temperaturen beginnen ‘s avonds al een pak kouder aan te voelen. Na het dichtdraaien van de waterkraan volgt een stevig kippenvel-moment en moet ik mij reppen om me af te drogen en de kleren aan te doen. De ontspanning volgt kort daarop als het avondeten opgediend wordt in het warme en gezellige restaurantje van de lodge. Onze ploeg mag de keuken gebruiken dus dat komt goed uit. Ik maak van de gelegenheid gebruik om mijn in Kathmandu gekochte postkaarten te schrijven.
Er is bij de groep nog geen enkel spoor te bespeuren van de gevreesde hoogteziekte. Iedereen voelt zich nog altijd kiplekker.
Routegegevens
Hoogteprofiel (Garmin GPSmap)
Dag 4 : Koto – Dharmasala – Meta
Rond 7u30 staan we aan de tourist checkpost waar het platgelopen Annapurna Circuit splitst. We hadden nog graag een bezoekje gebracht aan de gompa maar helaas zijn we te laat. Voor een bezoekje aan de monniken moet je al rond 6 uur aankloppen.
Bijna alle trekkers wandelen hier gewoon rechtdoor richting Chame, maar wij kiezen vol goede moed de noordelijke richting naar de rustige Phu en Nar valleien.
Onze namen worden door een vriendelijke politieman geregistreerd in een logboek. Hij gunt ons een blik in het boek en vertelt ons dat er gisteren slechts één Italiaans team de vallei is ingetrokken. Op dit ogenblik weten we nog steeds niet of de fameuze Kang La pas oversteekbaar is of niet. Het weer zou er niet bijster goed zijn en door aanhoudende sneeuwval blijven er vraagtekens rijzen. We maken ons zorgen want als de pas ontoegankelijk blijkt dan zit er niets anders op dan helemaal terug te keren naar Koto en het drukke Annapurna Circuit verder af te wandelen.
Er staat ons vandaag een lange trekking te wachten die aanzienlijk zwaarder is dan de voorgaande. Volgens onze planning is Dharmasala het einddoel.
Door de vallei van de Nar Khola
Het rotspad volgt de Nar Khola (rivier) die diep onder ons kronkelt in een diepe, smalle vallei (canyon). Na het oversteken van de eerste hangbrug worden we aan weerszijden omringd door ruige kliffen. Op sommige plaatsen is het pad tussen de steile rotswand en de diepe afgrond amper een meter breed. Het landschap is adembenemend mooi maar vergezichten moeten we op het eerste deel van de route niet verwachten want het grootste deel van de route bevindt zich in de schaduw van de diepe, smalle canyon. Bovendien is het zwaar bewolkt en af en toe valt er een drupje regen. Er waait een harde, koude wind en we moeten onze gezichten goed afdekken.
De Annapurna range bevindt zich achter ons en ondanks de diepe canyon en het grijze weer komen de witte pieken af en toe eens boven de rotsen uit, dus het loont zeker de moeite om je niet enkel op het pad voor je te concentreren maar je af en toe ook eens om te draaien.
Opvallend zijn ook de dichte, oeroude (naald)bossen waar we soms doorheen trekken en waar je achter elke donker hoekje het gevoel krijgt elk ogenblik verrast te kunnen worden door één of ander duister sprookjesfiguur.
Het pad leidt ons steil naar beneden tot we op gelijke hoogte met de Nar Khola wandelen en de smalle rivier via een eenvoudige houten brug oversteken. Het pad gaat dan plots zeer steil weer naar boven. Een uurtje later, omstreeks 10u30, gaan we uitgeput picknicken tegen een rotswand in de buurt van een bescheiden grot, de Chhongche Cave (2.935 m). Blijkbaar is dit een populaire plaats want ook de lokale ezeldrijvers nemen hier een tussenstop. We delen de plek met een 12-tal ezels en hun begeleiders. Onze keukenploeg levert hier weer een sterk staaltje kookkunst in open lucht.
Hulaki Odar
Na de lunch volgt de tweede hangbrug waarna we een overhangende rots bereiken, genaamd Hulaki Odar (3.060 m). Een ACAP bordje geeft aan dat het nog 1,15 uur wandelen is naar Dharmasala. De namen op de bordjes geven vaak aanleiding tot misverstanden omdat de schrijfwijze ervan heel dikwijls afwijkt van de namen op de kaarten. De aangegeven tijden zijn bovendien bijna nooit te vertrouwen en kunnen zowel over- als onderschat zijn.
Ongeveer 10 minuten voorbij Hulaki Odar steken we opnieuw de rivier over. Aan de overzijde doet een uitgehakte boomstam dienst als trap waarlangs je naar de rivier kunt klimmen om iets verderop een natuurlijke heetwaterbron te bezoeken. Meer dan een paar extra minuten heb je hiervoor niet nodig.
Zonder gids zou overigens niemand de bron vinden, zo goed is die verstopt. Het is een idyllisch plekje, dus best wel de moeite van een kort bezoekje waard.
Een kwartiertje verder is het pad bedolven onder een dikke sneeuwlaag afkomstig van een lawine. Het is even opletten hier maar verderop worden onze inspanningen alweer beloond door de aanblik van een spectaculaire waterval die pad lijkt op te slokken. Het pad loopt achter de waterval door, beschermd door een immense overhangende rots. Pret verzekerd hier !
Dharmasala : overnachten of niet ?
Tien minuten later wandelen we Dharmasala (3.210 m) binnen. De troosteloze, grauwe aanblik van het verlaten en beschadigde kamp en zijn omgeving staat in schril contrast met de adembenemende schoonheid van de natuur elders op het pad.
We voelen ons niet geroepen om hier te overnachten. Nochtans moet iedereen even stil staan bij het gevaar van mogelijke hoogteziekte. Niet iedereen zal voldoende geacclimatiseerd zijn om meteen door te trekken naar Meta (3.560 m), ongeveer 1,5 uur verderop. De route tussen Dharmasala en Meta is bovendien steil bergop en zeer zwaar.
In ons team is echter nog steeds geen symptoom van hoogteziekte te bespeuren. We zijn uiteraard moe maar er rest nog voldoende energie om deze kille plek te vergeten en door te gaan. Na grondig overleg met onze gids concluderen we dat we voldoende geacclimatiseerd zijn omdat we tot nu voldoende rustpauzes hebben ingelast. We gaan dus door naar Meta.
Het pad zigzagt moeizaam naar boven en we moeten op dit laatste traject in één keer nog een hoogteverschil van 400 m overbruggen. Het is een zeer zware beklimming op het eind van de dag als het lichaam het begint op te geven. De ‘Chorten’ van Meta komt al vrij snel in beeld maar geeft de valse indruk dat het einde vlakbij is. Er moet nog stevig afgezien worden vooraleer we de weiden met jeneverbesstruiken bereiken die aan de rand van Meta liggen.
Meta
Deze verlaten Khampa nederzetting beschikt over een tweetal primitieve lodges en mooie, ruime kampeerplaatsen. Elektriciteit is uiteraard nergens voorhanden. Ezeldrijvers gebruiken hier en daar de verlaten huisjes en in de winter komen er ook mensen vanuit Nar naar hier afgezakt om een tijdelijk onderkomen te vinden.
Niet zo ver oostwaarts ligt de beruchte Kang Guru peak (6.981 m) die in 2005 in één keer 18 klimmers de dood injoeg door een enorme sneeuwlawine.
Ten westen kunnen we soms de Pisang Peak (6.091 m) zien liggen.
De gids biedt ons de keuze tussen overnachten in een lodge of kamperen. Mijn kameraden kiezen allebei voor de lodge, waar we één kleine kamer delen. Dat bleek nadien geen beste keuze te zijn omdat vermoeide lichamen op deze hoogte al eens vaker aan het snurken gaan. Een aaneenschakeling van indommelen en weer wakker worden is dan het resultaat waardoor je de volgende ochtend alles behalve uitgeslapen bent. Geef mij maar de rust en privacy van een tent.
Onze lodge ligt op een hoogte van 3.617 m. Tijdens de nacht zakt de temperatuur naar 0°C.
Meer uit Azië…
Kathmandu: Pashupatinath tempel en Boudhanath stupa
Phu en Nar trek: Phu tot Nar
4×4 roadtrip Tibet : Lhasa – Shigatse
Maleisisch Borneo: Uncle Tan Wildlife Adventures (5)
Maleisisch Borneo: Beklimming van Mount Kinabalu (7)
4×4 roadtrip Tibet : Via Chengdu naar Lhasa